Miles Copping

Bureau BUITEN brengt ruimtebehoefte voor kantoren, bedrijventerreinen en zeehaventerrein in Metropoolregio Amsterdam in kaart.
Voor een evenwichtige werklocatiemarkt in de Metropoolregio Amsterdam (MRA) is het van belang dat vraag en aanbod in kwantitatieve en kwalitatieve zin op elkaar aansluiten. Om hier inzicht in de krijgen stelt Plabeka (Het Platform Bedrijven en Kantoren) periodiek een ruimtebehoefteprognose op voor kantoren, bedrijventerreinen en haventerrein.
De MRA heeft Bureau BUITEN gevraagd een nieuwe vraagraming op te stellen. De ruimtebehoefteraming dient beleidsarm opgesteld te worden met zowel aandacht voor de kwantiteit als de kwaliteit van de vraag. Naast het opstellen van een vraagraming maakte ook een aanbodinventarisatie en vraag-aanbodconfrontatie deel uit de van de vraag.
Diverse ontwikkelingen en nieuwe inzichten uit de Monitor Plabeka waren in 2022 aanleiding om deze vraagraming te actualiseren:
Bureau BUITEN heeft voor de zeven MRA-deelregio’s ruimtebehoefteprognoses opgesteld voor de peridode tot 2040. Het betreft prognoses voor kantoren, bedrijventerreinen, havengerelateerde terreinen en kadegebonden terreinen.
De totale ruimtebehoefte is opgebouwd uit een uitbreidingsvraag (door groei van de werkgelegenheid/overslag) en een vervangingsvraag (door transformatie van locaties). De ruimtebehoefte voor bedrijventerreinen bestaat daarnaast uit een surplus voor grote ruimtevragers, omdat deze ruimtebehoefte met de reguliere methodiek (zie hieronder) niet goed in beeld wordt gebracht. In de uitbreidingsvraag is impliciet ook additionele benodigde ruimte berekend die nodig is voor de overgang naar een circulaire economie en de energietransitie.
Methodiek raming uitbreidingsvraag
De uitbreidingsvraag is geraamd met een werkgelegenheid-terreinquotiëntenmethode, waarin we op basis van de te verwachten ontwikkeling van de werkgelegenheid en ruimtegebruik per baan, inschatten wat de ruimtebehoefte is in 2040. Voor de werkgelegenheidsraming is er aangesloten op de nationale raming van het EIB tot 2032 per COROP-gebied. We hebben die voor dit doel geëxtrapoleerd tot 2040. Omdat de economische groei in de stad Amsterdam alle ramingen uit het verleden overtreft, hebben we de EIB-raming in het hoge scenario daarop bijgesteld. De andere onderdelen van het model hebben we voor de zeven deelregio’s bepaald op basis van empirisch onderzoek. Onderdeel van de raming waren ook de ‘natte’ zeehavenlocaties. De ruimtebehoefte daarvoor raamden we met behulp van data over goederenstromen.
De kwantitatieve ruimtebehoefte is met behulp van recente marktinzichten uit o.a. de Monitor Plabeka en gevoerde gesprekken met marktpartijen kwalitatief gesegmenteerd naar (werk)locatiesegment. De ruimtevraag is per deelregio en per segment afgezet tegenover het beschikbare (plan)aanbod.
Het onderzoek geeft de MRA inzichten in de mogelijke tekorten en overschotten op de werklocatiemarkt en kent enkele opvallende uitkomsten:
De ruimte-behoefteraming voor de Metropoolregio Amsterdam is vastgesteld en online te lezen. Wilt u meer weten over de uitdagingen en kansen op de werklocatie- of arbeidsmarkt in uw regio? Neem dan contact op met Miles Copping via miles.copping@bureaubuiten.nl.